Leerkracht zijn is elke dag opnieuw met genade kijken.

400+ leerkrachten zijn je voorgegaan.

Gastblog: Gebruik van huis met 4 kamers in je gezinshuis.

Als Gezinshuisvader heb ik geregeld te maken met boze pleegkinderen. 
Een pleegkind is (terecht) vaak een boos kind. Er is hem al van alles overkomen. Het voelt zich verraden of in de steek gelaten en vaak ook waardeloos (niemand wil me hebben, ik word overal weg gestuurd dus ben ik een kind waar niemand van kan houden). Boosheid is een gezonde natuurlijke reactie. Maar wat als boosheid overgaat naar hevige woede-uitbarstingen?  En wat doe je als deze woede-uitbarstingen zich 2 a 3 keer per dag manifesteren? 

Huis met 4 kamers

Rik (niet zijn echte naam) is zo’n kind waarbij ik even niet meer wist hoe ik hem kon helpen. Hij woonde ruim een jaar in ons gezinshuis. Rik was toen 9 jaar. Aan de ene kant een vrolijke en enthousiaste jongen, en aan de andere kant een hele boze jongen. Hij was dan boos op alles en iedereen. In die periode ging hij 2 a 3 keer per dag volledig uit zijn dak. Schreeuwen, schelden en gooien met spullen. Het lukte me niet om Rik te helpen de negatieve cirkel te doorbreken. Tot ik van een orthopedagoog de tip kreeg om met hem een huis met 4 kamers te tekenen. Elke kamer staat voor een emotie. Blij, Boos, Bang en Verdrietig.

Boos,bang,blij of verdrietis?

Op een rustig moment ben ik met Rik gaan zitten. Ik heb hem een huis met 4 kamers laten tekenen. In elke kamer heb ik hem de dingen laten schrijven waar hij Boos, bang, blij of verdrietig van werd. De blije kamer ging hem makkelijk af. Bang en verdrietig had hij veel moeite mee. En zoals verwacht had hij een enorme lijst met alles waar hij boos op was. Ik ben met hem over de boos kamer in gesprek gegaan. “Wat gebeurt er als deze kamer te vol wordt?”. Dan klapt hij uit elkaar! Zij hij. Vervolgens begon hij druk te gebaren hoe dat eruitzag, en maakte het geluid van een explosie.

“Gek toch dat deze kamer zo vol zit terwijl de andere kamers nog zo veel ruimte hebben” vervolgde ik. Dan ga ik deze dingen verplaatsen naar de blije ruimte zij hij. “goed idee! Maar wacht eens. Als ik naar deze dingen kijk (wijzend naar een aantal personen die hij in de boos kamer had geplaatst) ik zie dat deze mensen wel heel veel met elkaar gemeen hebben”. Wat dan? Vroeg hij. “Ze houden allemaal heel erg veel van jou” Het was even stil. Het opgewekte koppie van Rick werd serieus. Ik zag dat het tot hem door begon te dringen. Hij begon te huilen.

Waar horen ze thuis

Rik besefte nu dat er veel dingen die in de boos kamer stonden eigenlijk thuishoorden in de verdrietig kamer. Hij besefte zich dat de mensen waar hij boos op was ook heel belangrijk voor hem zijn. Hij wilde ze graag vertellen dat hij van ze houdt maar vond dit moeilijk, en was bang voor een afwijzing. Uiteindelijk kwam met het idee om kaartjes te schrijven. We hebben samen de kaartjes gekocht, en Rik heeft de kaartjes geschreven aan iedereen die hem lief is. Rik was na het schrijven van de kaartjes zichtbaar opgelucht.

Ik heb van Rik geleerd om verder te kijken dan de boze buien. Ik was geneigd om hier direct een oordeel over te hebben. Toen ik even verder keek, door naast hem te gaan zitten en met een simpel handvat met hem in gesprek ging, bleek er veel meer te zitten dan alleen boos. Het was een mooie ervaring om te Rik te zien openen. Hij toonde zijn kwetsbaarheid en kwam zelf met een prachtige oplossing.

Dit is geschreven Jacco Kortenhoeven Gezinshuisvader.

Jezus zegt niets over de verloochening. Geen sneer, geen “ik zei het toch.” Maar aan land heeft Hij een vuurtje gemaakt, met vis en brood. Een vertrouwde setting. Warmte, eten, rust. Een veilige omgeving. En dan stelt Jezus de vraag. Niet: “Waarom heb je me verraden?” Maar: “Houd je van Mij?” Drie keer. Even vaak als de verloochening. Geen beschuldiging, maar een uitnodiging tot verbinding.
Pedagogisch sensitief werken betekent dat je goed aanvoelt wat een kind nodig heeft en hier begripvol op reageert. Het draait om emotionele afstemming, veiligheid en positieve relaties. Traumasensitief werken gaat een stap verder en houdt rekening met de impact van trauma op gedrag. Je biedt extra voorspelbaarheid, helpt kinderen met stressregulatie en ziet moeilijk gedrag als een stressrespons in plaats van onwil.
Het zit zo diep in mij, dat competitiegevoel! Het willen presteren en het eruit halen wat je geoefend hebt. En vooral met sporten en spel is het voor mij niet meer dan normaal om de spanning van presteren te voelen. Toch gaat er iets bovenuit... Iets wat niet te vatten is in competitie en winnen. Het samen lopen en daarvan genieten. 💛